Verkeersregelaar prevaleert onterecht boven wegafsluiting

Verkeersregelaar volgens richtlijn alleen inzetten in uitzonderlijke situaties

In toenemende mate worden kwetsbare verkeersregelaars ingezet bij bouw- en wegwerkzaamheden. Dit terwijl volgens de regelgeving hun inzet zoveel mogelijk beperkt zou moeten worden. Alternatieven worden vaak niet eens overwogen. De stelregel moet zijn dat verkeersregelaars alleen mogen worden ingehuurd als er geen andere mogelijkheden meer zijn. En zeer belangrijk: borg hun veiligheid, want geregeld zijn zij slachtoffer van allerhande incidenten.

Wij kennen in Nederland meerdere soorten verkeersregelaars. Dit artikel gaat over de beroepsmatige verkeersregelaar. Dit zijn medewerkers die worden ingezet bij bijvoorbeeld werkzaamheden aan wegen en in de bouw.

In toenemende mate worden zij ingezet. De richtlijnen voor maatregelen bij werk in uitvoering (CROW-publicatiereeks 96b) beperken hun inzet tot die situaties waarin alle andere mogelijkheden zijn uitgeput en de standaard verkeersmaatregelen niet meer toereikend zijn om een goede doorstroming te garanderen. Verkeersregelaars kunnen alleen als aanvulling op de verkeersmaatregel worden ingezet.

Bij de afweging van verkeersmaatregelen spelen drie belangen een rol:

  1. de veiligheid van de wegwerker en verkeersregelaar;
  2. de veiligheid van de weggebruiker;
  3. de doorstroming van het verkeer.

 

Voorbereiding 

Uit diverse incidentenonderzoeken waar verkeersregelaars bij betrokken waren, wordt telkens de vraag gesteld waarom de inzet van een verkeersregelaar prevaleert boven een wegafsluiting. Veelal wordt nog steeds gekozen voor de inzet van verkeersregelaars in plaats te kiezen voor een hoger niveau. En het antwoord hierbij zat toch vaak in de voorbereiding van de projecten.

Uit de praktijk blijkt dat opdrachtgevers nog geregeld verkeersregelaars voorschrijven in de contracten zonder veiliger alternatieven te overwegen. Blijkbaar is dit een automatisme om mensen in te zetten in plaats van bijvoorbeeld een omleiding. Maar ook bij aannemers is het de gewoonste zaak van de wereld om verkeersregelaars in te zetten zonder te kijken naar alternatieven.

 

Alternatieven

Uitgangspunt zou altijd moeten zijn dat verkeersregelaars alleen zijn toegestaan wanneer alternatieve middelen onvoldoende oplossing bieden. Welke middelen (maatregelen) het beste kunnen worden ingezet bij wegwerkzaamheden, evenementen of bouwwerkzaamheden, hangt af van de situatie. In een stad bijvoorbeeld kan de infrastructuur complex van aard zijn.

De belangen kunnen tegenstrijdig zijn. De veiligheid van de wegwerker is het meeste gebaat bij het volledig ‘verkeersvrij’ maken van de directe omgeving van de werkruimte. Daar staat tegenover dat een goede doorstroming van het verkeer wordt bereikt door de weggebruikers zo min mogelijk beperkingen op te leggen. Dit maakt de afweging van maatregelen bij wegwerkzaamheden moeilijk.

Inzet van verkeersregelaars bij wegwerkzaamheden heeft niet alleen effect op de doorstroming van het verkeer, maar ook op de arbeidsomstandigheden en veiligheid van de werknemers en de verkeersveiligheid.

 

Incidenten

Helaas zien we vaak dat verkeersregelaars betrokken zijn bij diverse incidenten. Geregeld speelt hierin ook agressiviteit een rol van de weggebruiker maar ook niet deskundig handelen van de verkeersregelaar een rol.

Hieronder enkele voorbeelden van incidenten;

  • Verkeersregelaar krijgt klappen nadat hij bestuurder te hulp schiet
  • Agressief gedrag automobilist tegen verkeersregelaar
  • Handgemeen verkeersregelaar en bestuurder na negeren stopteken
  • Verkeersregelaar bedreigd
  • Verkeersregelaar aangereden
  • Verkeersregelaar geraakt door baken

Hierdoor ontstaat er bij verkeersregelaar mogelijk (langdurig) verzuim door letsel of psychische letsel.

Oorzaken van deze incidenten op hooflijnen;

  • Agressie
  • Gedrag verkeerdeelnemers
  • Gedrag verkeersregelaar!
  • Onduidelijke verkeerssituatie (communicatie)
  • Instructie(s)
  • Oneigenlijke inzet verkeersregelaars
  • Competentie  / ervaring verkeersregelaars

Het goede nieuws is dat deze ongevallen zijn te voorkomen. Er zijn namelijk alternatieven om het verkeer te regelen. De afweging om mensen of materialen in te zetten is gebaseerd op het principe van arbeidshygiënische strategie.

 

Arbeidshygiënische strategie

Is het werkgebied af te sluiten? Lukt dat niet, onderzoek dan of het werkvak kan worden afgeschermd. Biedt dat nog geen afdoende oplossing, en zijn er verkeersregelaars nodig – al dan niet in combinatie met bijvoorbeeld verkeerslichten, hekken en pionnen – dan zijn opdrachtgever en aannemer verplicht ervoor te zorgen dat de verkeersregelaars geen gevaar lopen.

Als verkeersregelaars toch worden ingezet, moeten ze een veilige werkplek krijgen. Hun aanwezigheid dient duidelijk te zijn aangegeven, bijvoorbeeld met aankondigingsborden. En als het kan, moeten ze op een plek staan waar het verkeer niet komt, bijvoorbeeld achter een barrier.

Aannemers zouden in de tenderfase bij constatering dat opdrachtgever verkeersregelaars voorschrijven hierover al de nodige vragen kunnen stellen en hiermee trachten om de opdrachtgevers van gedachten te veranderen en meer te kijken naar bronmaatregelen. Opdrachtgever, wegbeheerders en vergunningverlener moeten hierover nadenken en de randvoorwaarden creëren voor veilig(er) werken.

 

Opleiding en kennis

Vanwege de wettelijke regelingen en de speciale risico’s moeten bij de inzet van verkeersregelaars bij wegwerkzaamheden een aantal uitgangspunten en criteria in acht worden genomen. Daarbij worden van de verkeersregelaar de nodige competenties verwacht.

In de huidige opleiding en examen worden gesproken en getoetst op de volgende onderwerpen: veiligheid en doorstroming, tijdig geven van signalen, officiële aanwijzingen geven, positie bepalen, inspelen op daar geldende (afwijkende) regels, inspelen op weggebruikers, inspelen op bijzondere voertuigen, houding/uitstraling, verkeersinzicht, anticiperen, duidelijke aanwijzingen geven, communicatie, omgaan met stress/agressie en gebruik van hulpmiddelen.

De duur van deze opleiding bedraagt gemiddeld genomen slechts drie dagen. En daarin moeten de bovenstaande onderwerpen voldoende aandacht hebben genoten. Hierin moeten alle genoemde onderwerpen worden behandeld. De vraag blijft of met de toegenomen complexiteit en agressiviteit deze duur van drie dagen voldoende is om een medewerker op te leiden tot een gedegen verkeersregelaar.

Een opfriscursus is niet verplicht. Wettelijk gezien kan je zonder het volgen van zo'n cursus de pas na verloop van tijd gewoon weer voor vijf jaar verlengen. (Een pas is vijf jaar geldig.) Arbotechnisch gezien is het sterk aan te raden om elke drie á vier jaar weer in de schoolbanken plaats te nemen. De wetgeving verlangt van de werkgever dat hij/zij erop toeziet dat het personeel geschoold blijft in wat ze doen, dus ook in verkeerregelen.

Een aanstelling via vergunning is niet van toepassing. De verkeersregelaar moet zijn pas kunnen tonen en dan kan hij/zij worden ingehuurd.

 

Kortom

Opdrachtnemers moeten in de tenderfase of in de voorbereiding met de opdrachtgever bespreken wat het nut en de noodzaak zijn van de inzet van de verkeersregelaars en ook hier te kijken naar de arbeidshygiënische strategie en niet te snel over te gaan tot de inzet van verkeersregelaars. (Een checklist.)

Vanuit de branche zal de huidige opleiding beoordeeld moeten worden; of deze nog aansluit bij de praktijk en alle elementen van de opleiding voldoende aan de orde komen.

Opdrachtgevers en vergunningverleners moeten meer rekening houden met de arbeidshygiënische strategie. Begin bij wegafsluiting(en)/omleiding(en) in plaats van het direct inzetten van verkeersregelaars

Bij inzet van verkeersregelaars is het van belang dat deze goed worden geïnstrueerd en dat hierop toezicht wordt gehouden. Zorg dat verkeersregelaars dusdanig gepositioneerd zijn zodat zij worden beschermd tegen aanrijdingen. Deze rol is weggelegd voor de verkeersmanager zoals omschreven is in de BRL 9101 “het toepassen van verkeersmaatregelen bij werk in uitvoering en evenementen”.

Onderstaand de rol van de verkeersmanager zoals beschreven in de BRL 9101:

Werkzaamheden in het kader van het ontwerpen, toepassen, aanbrengen, in standhouden, verwijderen en inspecteren van verkeersmaatregelen en omleidingsroutes. Deze werkzaamheden worden aangestuurd door en uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid en het toezicht van een verkeersmanager.

En wat als het toch fout gaat?

Als het toch fout gaat en er ontstaat een incident waar een verkeersregelaar bij betrokken is, dan is het zaak om bij een aangifte bij de politie de verkeersregelaar in bescherming te nemen. Dit kan als uit naam van de opdrachtgever of werkgever van de verkeersregelaar de aangifte wordt gedaan.

Wat kunnen wij als veiligheidskundigen hierbij betekenen?

  • Vertalen van de contractuele eisen verkeersveiligheid naar aandachtspunten voor het tenderteam.
  • Verhogen van het veiligheidsbewustzijn van het tenderteam, met als doelstelling een proactieve organisatie op gebied van veiligheid.
  • Deelnemen aan risicosessies die te maken hebben met de CROW 96
  • Beoordelen verkeersontwerp op maatregelen samen met de verkeersmanager.
  • Gevraagd en ongevraagd adviseren over de genomen verkeersmaatregelen

Zorg dat u als veiligheidskundige aansluit en samenwerkt met de verkeersmanager.

 

Referenties en andere bronnen

  • Verkeersregelaars bij werk aan de weg (Inspectie SZW)
  • Inzet van verkeersregelaars bij evenementen
    • Een beknopte handleiding voor gemeenten (April 2013, KpVV)
  • Verkeersregelaars bij wegwerkzaamheden (CROW)
  • BRL 9101 versie 12-01-2018

 

Lees ook: Veilige omgeving met een BLVC-plan

Lees ook: Checklist inzet verkeersregelaars

Zoekwoorden
verkeersregelaar
CROW
BRL 9101
Arbeidsveiligheid

Arbeidsplaatsen