Arbobeleid

Deuren en noodsituaties: dit zijn de (soms conflicterende) eisen

Draairichting nooddeuren

Draairichting vluchtdeuren, schuifdeuren als nooddeuren en het aantal vereiste deuren om te kunnen ontvluchten. Aan deuren hangen veel eisen. Dit zijn de regels.

 

Draairichting vluchtdeuren

Het draaien van deuren in de vluchtrichting is belangrijk, omdat - als dit niet het geval is en de deuren tegen de vluchtrichting in draaien - de deuren soms niet meer geopend kunnen worden als mensen er tegenaan duwen met alle gevolgen van dien.

De wetgeving op het gebied van de draairichting van vluchtduren is in Nederland in twee wettelijke besluiten geregeld: het Bouwbesluit en het Arbobesluit. Die verschillen van elkaar. In Nederland komt dit bij verschillende wetgevingen wel vaker voor. De betreffende ministeries en handhavende instanties zijn ook verschillend. Onhandig maar het zij zo.

 

Bouwbesluit Art. 6.25Arbobesluit Art.3.7

Lid 3:

Een deur op een vluchtroute draait bij het openen niet tegen de vluchtrichting in indien

  • bij een te bouwen bouwwerk meer dan 37 personen zijn aangewezen
  • bij een bestaand bouwwerk meer dan 60 personen op die uitgang zijn aangewezen.

Lid 3:

Deuren van nooduitgangen en deuren op het traject van de vluchtwegen zijn op eenvoudige wijze van binnenuit naar buiten toe te openen.

Lid 5:

Een deur op een vluchtroute draait bij het openen niet tegen de vluchtrichting in.

 

In het Bouwbesluit zit al een merkwaardige discrepantie. Lid 5 is veel strenger dan lid 3.

Het Arbobesluit is even streng als lid 5 van het Bouwbesluit.

Vaak wordt om pragmatische redenen ervoor gekozen de strengste voorschriften aan te houden. Dan zit je qua wetgeving altijd goed.

Het uitgangspunt is dus dat deuren die zich binnen een gebouw in vluchtwegen bevinden, met de vluchtrichting meedraaien. Als naar beide kanten kan worden gevlucht, moeten de deuren naar beide kanten kunnen meedraaien of – als er sprake is van twee deuren naast elkaar – de ene deur naar binnen en de andere deur naar buiten.

Een deur die in een vluchtweg zit en die zowel als reguliere doorgang als nooduitgang wordt gebruikt, mag niet over openbaar gebied (bijv. een trottoir) naar buiten draaien. Een deur die louter en alleen als nooduitgang wordt gebruikt en dus standaard dicht is, maar wel van binnenuit geopend kan worden, mag wel over openbaar gebied naar buiten draaien.

Misschien belangrijker dan bovenstaande wettelijke bepalingen is het volgende:

Veel wetgeving geef de uiterste verbodsniveaus aan. Bedrijven worden echter geacht verder te gaan dan die uiterste verbodswaardes, dus te zorgen voor betere werkomstandigheden dat de wet als minimum eist. Dit om invulling te geven aan de brede zorgplicht van werkgevers voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden op basis van de volgende wetgeving.

Verschillende wetsartikelen in de Arbowet (3 lid1) en het Burgerlijk wetboek (7:611 en 7:568) gaan daarover.

  • De Arbowet stelt in artikel 3 lid 1 dat de werkgever dient te zorgen voor de veiligheid en de gezondheid van de werknemers inzake alle met de arbeid verbonden aspecten en dat deze daartoe een beleid voert dat is gericht op zo goed mogelijke arbeidsomstandig-heden.
  • Het Burgerlijk wetboek stelt in artikel 7:611 dat de werkgever en de werknemer verplicht zijn als een goed werkgever en een goed werknemer te gedragen en in artikel 7:658 dat de werkgever verplicht is de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt.

 

In dat kader past dat ook altijd voor een ‘veilig heenkomen’ bij calamiteiten moet worden gezorgd, ook al zou soms wettelijk gezien bij een geringe aantal personen dit niet zo strak hoeven qua draairichting van de deuren (de 37 en 60 personen in het Bouwbesluit). Maar stel een brand bij een bezetting van circa dertig personen en men moet proberen tegen de draairichting in de deur te openen in een vluchtroute, terwijl mensen in paniek elkaar opduwen.

 

Schuifdeuren als nooddeuren

Het Bouwbesluit en het Arbobesluit zijn het eens overschuifdeuren:

Bouwbesluit Art. 6.25Arbobesluit Art.3.7

Lid 4:

Een nooddeur kan geen schuifdeur zijn.

Lid 4:

Schuif- en draaideuren worden niet als nooduitgang gebruikt.

 

De nuance is echter:

Bij een schuifdeur als nooddeur zijn er vanwege het incidentele gebruik onvoldoende waarborgen dat het schuifmechanisme bij brand nog goed werkt. Bij regulier gebruik van een schuifdeur, bijvoorbeeld in de toegang van een gebouw, zijn er voldoende waarborgen dat het schuifmechanisme gangbaar blijft.

Schuifdeuren in vluchtroutes zijn ongebruikelijk. Tegenwoordig worden wel schuifdeuren geaccepteerd die tevens een doordruk systeem hebben. Dat wil zeggen dat zij in geval van nood ook door druk kunnen draaien (met de vluchtrichting mee).

 

Aantal deuren

Voor het bepalen van het aantal toe te wijzen personen op een deur zijn er verschillende factoren van belang. Namelijk welk niveau van bouwregelgeving prevaleert wat betreft de uitgangsbreedte, wat is de draairichting, wat is het aantal op de deur aangewezen personen en van wat voor soort sluitwerk is er sprake.

Nagegaan moet worden volgens welk brandveiligheidsniveau er wordt getoetst. Daarin zijn drie opties:

  • nieuwbouwniveau (maximaal 37 personen)
  • bestaande bouw (maximaal 60 personen)
  • en het zogenoemde van rechtens verkregen niveau (de originele bouwvergunning). Uit de aanvraag om vergunning voor het bouwen of voor brandveilig gebruik of een gebruiksmelding volgt hoeveel personen op een deur zijn aangewezen.

 

Als er geen bouwvergunning is of kan worden gevonden dan kan het jaartal 01-10-1992 worden aangehouden. Dit is het moment dat het eerste bouwbesluit van kracht werd. Qua ontvluchting is in de navolgende bouwregelgeving (2003 en 2013) niets gewijzigd ten aanzien van het huidige nieuwbouwniveau.

Samenvattend: Als het bouwwerk dateert van vóór 01-10-1992 èn er is geen rechtens verkregen niveau voorhanden (bouwvergunning) dan is in bestaande bouw 60 personen het uitgangspunt. Is het bouwwerk nieuwer dan 01-10-1992 dan is het nieuwbouwniveau met 37 personen het uitgangspunt.

Hier komen dezelfde getallen (37 en 60) weer terug als bovengenoemd bij de draairichting van de deuren in de vluchtwegen. De genoemde 37 of 60 personen betreffen de personen die op de deur aangewezen. Zijn er dus meer deuren, dan mogen de aanwezigen verdeeld worden over het aantal aanwezige deuren. Bij een dubbele deur geldt wel slechts 1 x 37 of 1 x 60 personen. Voor de aanwezige dubbele deur mogen de twee deuren dus niet bij elkaar worden opgeteld (2 x 37 = 74 en 2 x 60 = 120 personen).

De ‘uitgangsbreedte’ bij elkaar optellen, mag pas als de deuren onderling minimaal 5 meter uit elkaar zijn gelegen. Dit vanuit de redenering dat als er brandje is voor een van de deuren, de andere deur dan nog bereikt (en gebruikt) kan worden. Dit kan natuurlijk niet bij een dubbele deur in een gang.

Afgezien van deze getalsmatige (arbitraire) regels geldt ook hier weer het optimalisatiebeginsel zoals boven beschreven en dient de werkgever voor ruim voldoende deuren te zorgen om iedereen in staat te stellen tijdig bij een calamiteit te kunnen vluchten.

Veel getalsmatige normen hebben immers geen wetenschappelijke onderbouwing maar zijn meer bepaald op basis van kostenoverwegingen, belangengroepen en politieke keuzes.

Dat geldt niet alleen voor bovengenoemde getallen (37 en 60) maar ook voor de normen voor trillingen, gevaarlijke stoffen enzovoorts. Zo zou het getal van 37 heel goed het resultaat van een politiek compromis kunnen zijn tussen 25 en 50 en dan op een heel getal afgerond.

 

Tenslotte:

Naast bovenstaande bouwkundige zaken van het aantal en soort nooddeuren is de verdere vluchtweg ook van belang. Als er vlak achter de nooddeur kiezelbestrating ligt of een draadroostervloer waar mensen over kunnen struikelen (denk daarbij ook aan dames met schoenen met hoge hakken), is dat ook niet bevorderlijk voor de verdere ontruiming.

Ook een vluchtweg òver een dak met obstakels via een kooiladder die helemaal beneden op slot blijkt te zitten, helpt niet echt. De vluchtweg is dan een doodlopende weg.

Organisatorisch is het minstens zo belangrijk om de nooduitgangen en vluchtwegen periodiek te controleren op hun goede werking. Die taak zou als preventieve taak aan de bedrijfshulpverleners kunnen worden meegegeven. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Source URL: https://www.arbeidsveiligheid.net/veiligheidsartikelen/arbobeleid/deuren-en-noodsituaties-dit-zijn-de-soms-conflicterende-eisen